Het Openbaar Ministerie heeft het strafrechtelijk onderzoek tegen Nick van de Wall – beter bekend onder zijn artiestennaam Afrojack – op verdenking van het doen van onjuiste belastingaangiftes, geseponeerd. Volgens het Openbaar Ministerie kan niet worden bewezen dat bij Van de Wall sprake is geweest van opzet op het doen van onjuiste belastingaangiften. Hiermee vervalt de verdenking en is het strafrechtelijk onderzoek tegen hem beëindigd.
In maart 2018 doorzocht de FIOD meerdere panden in een strafrechtelijk onderzoek naar een belastingadviseur en zijn cliënten op verdenking van het doen van onjuiste belastingaangiften. Een van deze cliënten betrof Van de Wall. In het onderzoek tegen zijn belastingadviseur werd ook Van de Wall zelf als verdachte aangemerkt. Onderwerp van onderzoek waren de door zijn belastingadviseurs op zijn naam gedane aangiften inkomstenbelasting waarin door hen was aangegeven dat Van de Wall geen fiscaal inwoner meer was van Nederland. Volgens de Belastingdienst was dit ten onrechte.
Van de Wall heeft vanaf het begin af aan volledig meegewerkt aan het onderzoek van de FIOD en uitgebreide verklaringen afgelegd. Hij heeft toegelicht dat hij zich gedurende de jaren waarop het onderzoek zag volledig toelegde op zijn carrière. Voor wat betreft zijn belastingzaken vertrouwde hij voor honderd procent op een team van adviseurs dat, naast zijn manager, uit minimaal drie belastingadviseurs bestond. Adviseurs aan wiens deskundigheid hij niet hoefde te twijfelen. Tot het onderzoek van de FIOD bekend werd, stond een van zijn belastingadviseur ook bekend als de absolute expert op het gebied van fiscale advisering aan internationaal optredende artiesten. Zijn aangiften werden bovendien nooit aan hem ter ondertekening voorgelegd en volledig buiten hem om door zijn adviseurs opgesteld en ingediend.
Van de Wall heeft vanaf de start van het onderzoek publiekelijk steeds verklaard dat er nooit sprake was van belastingfraude en hij alle vertrouwen had in een goede afloop. Hij is verheugd dat dit nu door de beslissing van het Openbaar Ministerie wordt bevestigd en hij deze donkere bladzijde in zijn succesvolle carrière nu definitief kan omslaan.