Sinds 31 december geldt voor de meeste dronevliegers dat ze zich moeten registreren en een opleiding moeten volgen. Dat vloeit voort uit nieuwe Europese droneregelgeving. Toch zegt bijna de helft van de dronevliegers nog geen actie te ondernemen. Dat blijkt uit een enquête onder ruim dertienhonderd dronevliegers, uitgevoerd door Dronewatch.nl.
Deelnemers en dronebezit
In totaal deden 1.358 dronevliegers uit Nederland en België mee aan het onderzoek, dat in december werd uitgevoerd. Het grootste deel doet aan hobbymatig fotograferen en filmen met hun drone. Een kwart van de deelnemers kocht afgelopen jaar voor het eerst een drone.
De helft van alle dronevliegers is positief gestemd over de Europese regels. Slechts een op de tien is ronduit negatief. Opmerkelijk is dat 44% van de deelnemers zegt nog even af te wachten met actie ondernemen, als het gaat om het voldoen aan de nieuwe regels (zichzelf registreren, in veel gevallen een opleiding volgen). Ruim twee derde verwacht in de zogenaamde Open categorie actief te worden. Een kwart weet nog niet welke categorie voor hen van toepassing is.
Beroepsmatig gebruik
Eén op de vijf zegt wel eens beroepsmatig gebruik te maken van een drone. Een kwart overweegt om drones professioneel te gaan inzetten. Als het gaat om zakelijke toepassingen van drones, dan staan fotografie en film bovenaan. Inspecties volgen op een derde plek. Toepassing in de landbouw werd slechts door 10% van de zakelijke dronevliegers genoemd.
40% van de dronevliegers met beroepsmatige aspiraties denkt dat de Europese regelgeving meer mogelijkheden met zich meebrengt voor professioneel dronegebruik. De helft is hier nog wat onzeker over.
Maatschappelijke acceptatie
Gevraagd naar de grootste bedreiging voor de verdere ontwikkeling van de dronesector wordt door ruim de helft van de deelnemers ‘misbruik door kwaadwillenden’ genoemd. Vliegverboden in natuurgebieden en een gebrek aan maatschappelijke acceptatie in het algemeen (met privacyzorgen in het bijzonder) worden als andere belangrijke belemmeringen genoemd.
Wat nieuwe toepassingen betreft, zien 7 op de 10 ondervraagden wel iets in het vervoer van medische goederen door drones. Personenvervoer vindt maar 4 op de 10 een goed idee. De helft ziet met oud en nieuw liever een droneshow dan vuurwerk; een kwart wil graag allebei.
Drones in de leefomgeving
Drones van professionele gebruikers (politie, aangekondigde inspectie) mogen van ca. driekwart van de deelnemers boven of rond het huis vliegen. Daarvan wil tweederde dan wel via een app kunnen zien van wie de drone is.
Als het gaat om hobbydrones vindt ca. de helft het geen probleem als deze boven de eigen woonomgeving vliegen, waarvan iets meer dan de helft via een app zou willen kunnen zien van wie de drone is. De groep die liever helemaal geen hobbydrones nabij het eigen huis ziet vliegen (20%) is echter groter dan de groep die liever geen professionele drones in de buurt wil hebben (10%).
Wat betreft instanties en lokale overheden die volgens de geënquêteerden ook zeggenschap zouden moeten krijgen over het (lagere) luchtruim dan noemt maar liefst een kwart de burgemeester/gemeente. Eenvijfde noem de politie, en eenzesde vindt dat de provincie ook zeggenschap moet krijgen. Slechts eentiende vindt dat natuurbeheerders meer te zeggen moeten krijgen.
“Het is goed om te zien dat veel dronevliegers weten dat er een en ander is veranderd op het gebied van regelgeving. Toch zijn er nog wel de nodige obstakels, als het gaat om de verdere ontwikkeling van de sector. Ik verwacht in 2021 met name veel discussie over de privacy, nu dat er meer mogelijkheden zijn om legaal met drones boven bebouwing te vliegen. Helaas zijn de nieuwe regels erg complex en komt de publiekscommunicatie maar moeizaam op gang”, aldus Wiebe de Jager van Dronewatch.
Bron © Dronewatch
